Boekhandel Praamstra begint aan een nieuw hoofdstuk op de kop van de Lange B.. Op de plek waar drukker Jacobus Cloppenburch al in 1603 bijbels drukte en in een pand waar de historie van de muren spat wil Chrisjan van Marissing de boekliefhebber bedienen én verrassen. ‘We willen van een winkelbezoek een rijke belevenis maken.’
Luuk Talens – InDeventer
Het leverde de nodige gefronste wenkbrauwen en sceptische gezichten op toen Boekhandel Praamstra aankondigde na 20 jaar te vertrekken uit de Keizerstraat. Zo’n iconisch pand verlaten, dat moest immers wel een degradatie betekenen. Maar wie de dolgelukkige Chrisjan van Marissing rond ziet lopen in zijn nieuwe winkelpand weet beter. De eigenaar steekt demonstratief zijn arm uit en knijpt in zijn huid. ‘Soms moet ik nog even beseffen dat het geen droom is. Het is hier overweldigend mooi. Op deze plek kunnen we nog beter doen wat we graag willen: bezoekers onderdompelen in de rijke wereld van boeken en van een winkelbezoek een belevenis maken.’
Belevenis
Want dat is nodig, legt de eigenaar uit: ‘We leven in een tijd dat 50 procent van de boeken online wordt gekocht. Dat is in coronatijd alleen maar toegenomen. Mensen hebben een reden nodig om nog naar een winkel te gaan. Een ervaring die het de moeite waard maakt. Ze moeten in onze winkel het boek vinden dat ze zoeken, maar tegelijkertijd in aanraking komen met nieuwe dingen.’ Schrijver Ilja Leonard Pfeiffer vat de missie poëtisch samen in het sonnet in de koffiehoek. ‘De boekverkoper handelt niet in boeken, maar in belevenissen, verre reizen, dwars door de tijd in andermans gedachten. De boekverkoper kan de ingang wijzen van dromen die je hier niet zou verwachten. Hier vind je wat je nooit had durven zoeken.’
Historie
Die beleving creëert Praamstra bijvoorbeeld met de kenmerkende grootformaat inkijkboeken, een uitgebreide kunsthoek met werken van lokale kunstenaars en een collectie die net even afwijkt van de norm. Tijdloze literatuur, Engelstalige boeken (opkomend onder jongeren), bijzondere filosofieboeken en verzamelaarsobjecten zoals goudgerande Dickens-werken. Maar de beleving wordt ook gecreëerd door het nieuwe onderkomen. Een pand dat al in de 17e eeuw dienst deed als drukkerij en historie ademt. Van Marissing wijst naar een houten balk achterin de winkel. ‘Een balk uit 1300, naast een balk van een paar jaar oud. En kijk eens naar deze muur. Dit was ooit de rotte kies van dit stadsdeel. Vervallen, verwaarloosd en voorzien van een enorme graffiti-tekening van Leila Khaled (Palestijnse vrijheidsstrijder) met een kalasjnikov. Kijk, daar op de muur zit ook nog graffiti. En als je door het raampje kijkt zie je de Lebuïnuskerk. Het verhaal van Deventer komt hier samen, de historie spat van de muren.’
Op de rode loper
Van Marissing ziet zijn ‘nieuwe’ zaak graag uitgroeien tot een bron van culturele activiteiten en een belangrijke schakel in de culturele ‘rode loper’ door de stad. ‘Dit deel van de stad ontwikkelt zich sterk. Liefhebbers van theater en film vinden MIMIK, architectuurliefhebbers hebben het gemeentehuis, we hebben de nieuwe bibliotheek, we wachten op de komst van EICAS en tegelijkertijd staat de Lebuïnus hier als historisch icoon. Wij zitten daar precies middenin en kunnen een mooie rol spelen als boekhandel en als podium voor de stad. Voor de boeken natuurlijk, maar ook voor exposities, lezingen en boekpresentaties. Ik vind dat heel erg belangrijk.’
Omarming
Of de boek- en cultuurliefhebbers de winkel aan de Lange B. weten te vinden is een kwestie van afwachten, maar de voortekenen zijn goed. In coronatijd, maar ook zeker tijdens de verhuizing bleek hoe de winkel wordt omarmd door de stad. ‘We kregen echt van alle kanten steun en hulp. Het was een hectische tijd, waarin tientallen vrijwilligers ons hielpen met sjouwen en verhuizen. De boekenmars op 25 september was het hoogtepunt. Toen ik al die mensen met onze boeken door de winkelstraten zag lopen hield ik het nauwelijks droog. Het was fantastisch om te merken hoeveel goodwill we blijkbaar in die jaren hebben gekweekt.’